Het streven is dat twee derde van de benodigde investeringen wordt opgebracht door bedrijven en private investeerders. De resterende derde moet komen van de overheid, het onderwijs en kennisinstellingen. Momenteel investeert Nederland 2,2 procent van het bbp in onderzoek en ontwikkeling.

Negen acties om innovatie te versnellen

Het kabinet zet in op negen concrete maatregelen. Daarbij ligt de focus onder meer op het mobiliseren van institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, om met hun kapitaal start-ups door te laten groeien naar volwaardige scale-ups. Ook komt er een speciaal platform dat Nederland aantrekkelijker moet maken voor kennisintensieve bedrijven en buitenlandse investeringen in onderzoek en ontwikkeling.

“Er zit veel talent en vakmanschap in Nederland, maar we benutten ons innovatiepotentieel onvoldoende,” stelt demissionair minister Vincent Karremans (Economische Zaken, VVD). “We moeten meer doen om kennis sneller naar de markt te brengen, investeringen te vergroten en het aantal innovatieve bedrijven in Nederland uit te breiden.”

Nationale investeringsinstelling

Een belangrijk onderdeel van het actieplan is de oprichting van een nationale investeringsinstelling, die bedrijven beter moet ondersteunen bij het verkrijgen van financiering. Deze instelling richt zich vooral op investeringen met een lange terugverdientijd, waar ondernemers nu vaak tegen financieringsbeperkingen aanlopen.

Eerder deze maand maakte het kabinet bekend Invest-NL en Invest International te willen samenvoegen. Door deze fusie verwacht het kabinet efficiënter te kunnen ondersteunen bij innovatieve investeringen. Ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland noemen dit “een belangrijke stap richting een nationale investeringsbank” die de Nederlandse innovatiekracht kan versterken.